Terug
Nederlands - spelling leerjaar 5
›
Werkwoorden
›
Sterke en zwakke werkwoorden
›
Klik de goede zin aan
›
In welke zin staat een zwak of een sterk werkwoord? [3]
Home
Particulieren
Online oefenen
Prijzen en bestellen
Reviews
Leer- en oefenboeken
Scholen
Online leer- en oefenplatform
Premium werkbladencollectie
Educatieve boeken
Veelgestelde vragen
Over Junior Einstein
Contact
Team
Inloggen
Bestellen
Inloggen
Je hebt javascript niet geactiveerd. Je kunt zonder javascript deze site niet gebruiken.
Terug
In welke zin staat een zwak of een sterk werkwoord? [3]
In welke zin staat een zwak of een sterk werkwoord? [3]
In welke zin staat een
sterk
werkwoord
?
Het paard galoppeerde in de wei.
Het kind verstopte zich onder de rokken van haar moeder.
De vlieg vloog steeds rondjes in de kamer.
Bekijk de vraag